“Ik vind het leven fantastisch, ben enorm blij dat ik op deze aardbol rondloop. En daar wil ik schoonheid aan toevoegen. Dat mijn meubels mijn naam dragen, is iets wat ik altijd al wilde. Het is trouwens enorm moeilijk om een naam in de markt te zetten, om een merk te worden. Een geslaagd meubel lanceren is als het winnen van een gouden medaille op de Olympische Spelen. Na een tijdje wil je wéér zo’n plak! Of ik nog meer uitdagingen heb? Jazeker: ik wil ooit nog een stijl-icoon ontwikkelen. Dan ben ik niet voor niets op deze wereld geweest.”
Bert Plantagie verbindt in 2000 zijn naam aan zijn eigen meubelmerk. Een Dutch design merk dat inmiddels behoort tot de top van de Nederlandse meubelproducenten; tijdloos en met een tegelijk eigentijdse uitstraling. Bert Plantagie begeeft zich in het midden- en hoogsegment. “Je koopt een Plantagie niet onmiddellijk online; die wil je eerst beleven.”
Op retour, maar kansrijk
Geboren in Den Helder, groeide Bert Plantagie op op de Utrechtse Heuvelrug. Hij volgde een logistieke opleiding aan de HEAO in Arnhem. “Tijdens mijn studie werkte mijn toenmalige schoonvader bij Smits Stalen Meubelen in Cuijk en begon een onderneming in zonweringen en rolluiken. In de weekenden deed ik zijn administratie. Later werd ik accountmanager bij oliemaatschappij Elf. Om uiteindelijk bij mijn schoonvader terug te keren als tweede medewerker. Dat was in ’89/’90. Drie jaar daarna nam ik zijn bedrijf over en in 1997 verkocht ik het aan een Duitse multinational met 150 medewerkers.”
Moodboards helpen elke klant een evenwichtig, smaakvol en altijd uniek interieur te scheppen.
Na – noem het – een sabbatical van een jaar begint het rond de millenniumwisseling weer te kriebelen bij de ondernemer. “Ik wilde weer een productiebedrijf runnen. Zocht een familiebedrijf op retour, maar wel met een kansrijk product. En kwam weer bij Smits uit.” Die onderneming had zich in de jaren tachtig gespecialiseerd op productie van meubilair voor vakantieparken, zoals Center Parcs en Duinrell, en zorginstellingen. “Men wilde de onderneming afstoten. Er werkten toen zo’n dertig man en er was alleen verkoop in de Benelux. Daarmee ging ik aan de slag. Het werden dus meubelen. Al hadden het net zo goed fietsen of stropdassen kunnen zijn…”
Neus voor trends
De Nederlandse meubelindustrie kent dan enkele grote namen, zoals Leolux, Gelderland en Pastoe. “Die hadden een zekere arrogantie, maar ik wilde daar best tegenin. Ik bleek een neus te hebben voor trends en ontwikkelingen. Pakte dingen snel op. Stalen eetkamermeubelen, dat leek mij een gat in de markt. En stalen meubelen maken, dat konden we natuurlijk al. Al meteen bij de start zocht ik bewust echt goede ontwerpers en ook verkopers die ingangen hadden bij detaillisten.”
Een intensieve relatie met de retailer loont volgens Bert Plantagie. “Als beginnend ondernemer heb je niet het budget om je merk groot in de markt te zetten. Ik wil – ook nu nog – via een goede relatie een goede plek in die winkel krijgen. Het liefst wil je een brandstore. Als je opvalt voor de klant, denkt deze automatisch: ‘dat moet iets goeds zijn’. Want hoe vaak koopt een consument een nieuw meubel? En gaat hij of zij dan voor een specifiek merk? Laat iemand eens drie meubelmerken noemen? Ik denk niet dat het hem of haar lukt. Dus als dat aankoopmoment er ís, wil je daar als merk bij zijn.”
Meeliften in een Rolls-Royce…
Het Cuijkse meubelmerk heeft niet stilgezeten. Er zijn inmiddels verkooppunten in Nederland, Duitsland, België, Frankrijk, Luxemburg, Oostenrijk, Zwitserland, Verenigd Koninkrijk, Israël en Rusland. “Tot 2010 hebben we in Cuijk geproduceerd. Daarna gingen we naar Polen. Daar werken nu tweehonderd mensen. Vijf jaar geleden hebben we ook een fabriek in Bosnië opgezet, waar stoelen en banken worden gemaakt. Daar zijn inmiddels meer dan honderd mensen in dienst.”
“In Schijndel hadden we een tijdlang een fabriek voor houten tafelbladen. En in oktober vorig jaar namen we in Bergharen de meubelfabriek van Van Rossum over. Daar zit nu de hele Nederlandse productie. Van Rossum is de Rolls-Royce onder de meubelen. Zij zitten hoog in het segment, verkopen wereldwijd. Vergelijk ons met een Audi, gericht op Europa, en je begrijpt dat Van Rossum voor Bert Plantagie de springplank kan zijn naar méér, elders in de wereld.”
Cuijk is het ‘lab’
Die bestorming wordt gecoördineerd vanuit Cuijk. Daar zetelen het hoofdkantoor met de binnendienst en administratie, maar ook het designteam, de productontwikkeling en een grote logistiek- en expeditieafdeling. Ook het magazijn huist er. In het zuiden van Duitsland is ook nog een distributiecentrum. “Cuijk is het ‘lab’. Hier wordt alles ontworpen. We tekenen, brengen materialen samen en bouwen hier alle prototypes. Die nemen we mee naar beurzen. Slaan ze aan, dan gaan ze in productie.”
Bert Plantagie is in principe elke dag in Cuijk te vinden. “Ik ben daar vooral met productontwikkeling bezig. Teken zelf ook graag. Ik ben ‘autofiel’, vind de lijnen uit de zestiger jaren helemaal geweldig.” Dat zie je terug in de ontwerpen, waarmee de Cuijkse meubels in feite al ‘vintage’ waren voordat het een trend werd. “We gebruiken veel staal en leer. Dat zag je vroeger ook. Ik vind dat mooi. Ik wil het begrijpelijk houden, vind de toepassing heel erg belangrijk.” Eerder zei hij al dat hij ‘producten wil maken waar mensen lol van hebben’. Zijn eerste voorwaarde: een stoel of bank moet fantastisch zitten, want daar begint het mee. “Maar ik moet het daarnaast ook mooi vinden, anders komt het niet in m’n collectie.”
De eettafel: hart van het huis
In 2011 lanceert men het Make It Yours-concept, waarbij de consument in elf stappen zelf een eigen, unieke Bert Plantagie-stoel kan co-creëren. Twee jaar later introduceert het Cuijkse merk vier moodboards, waarmee iedereen zelf een evenwichtig, smaakvol en altijd uniek interieur kan scheppen: op de juiste manier kleur toepassend. “We helpen er mensen mee op weg. Dat is inderdaad niet belerend bedoeld, maar er zijn nu eenmaal weinig mensen die meteen echt goed weten wat ze willen op meubelgebied. Wij willen hen zo goed mogelijk adviseren.”
Een gegeven daarbij – en wellicht actueler dan ooit – is dat men bij Bert Plantagie de eetkamer en meer specifiek de eettafel als hart van het huis beschouwt. “Het is de plek waar we samenkomen, verbinden. Aan de eetkamertafel wordt niet alleen gegeten, maar ook gewerkt, gespeeld en gediscussieerd. We nemen er de dag door. Kleine geluksmomentjes.”
“Wat me zélf het meest gelukkig maakt? Het feit dat een idee eerst in iemands hoofd ontstaat, daarna op papier wordt geprojecteerd, waarna er na, laten we zeggen, een paar maanden een prototype is. En dan mogen we ermee naar de beurs. Heerlijk! Mijn manier van werken daarin is veranderd in de loop van vijftien, twintig jaar. Ik ben uitgesprokener geworden. “In het begin neig je heel sterk naar de adviezen van specialisten, kijk je meer naar andere merken. Maar uiteindelijk ontwikkel je zelfvertrouwen. En inzicht. Wij willen iets moois aan de wereld toevoegen; dat kunnen wij met ons eigen team. Is dat niet prachtig?”
Wanneer Bert Plantagie in 2000 zijn naam verbindt aan Smits Stalen Meubelen (opgericht in 1958) is dat niet alleen de naam van de nieuwe eigenaar, maar tegelijk ook de naam van een nieuwe lijn zitmeubelen en tafels op de Nederlandse markt. En het is een synoniem voor een compleet andere aanpak.
Naast het traditioneel bedienen van de projectmarkt spitst Bert Plantagie zich dan ook weer toe op de consumentenmarkt. De leidraad: maatwerk en subtiel design van onmiskenbare kwaliteit. Het succes komt snel. Inmiddels is Bert Plantagie een gevestigd merk, dat in vele woonwinkels in meerdere Europese landen (en ook al daarbuiten) verkocht wordt.
De meubelcollectie vindt gestalte in samenwerking met getalenteerde designers als Stefan Steenkist, Frans Schrofer, Thijs Smeets en Hans Daalder. Zij staat bekend om de vele mogelijkheden: de meubels worden op bestelling in eigen beheer met de hand vervaardigd en bieden een ongekend scala aan persoonlijke finesses als duo-stoffering, onderstellen op maat en in kleur, net als vele optionele maatvoeringen.
www.bertplantagie.com
Bert Plantagie werd zelf een meubelmerk