“Een nieuwe bevolkingsgroep dient zich aan. Die van ‘na-een-werkzaam-leven-is-er-nog-een-leven’. Mensen die op zoek zijn naar een andere woonvorm, nu hun kinderen de deur uit zijn en het huis te groot wordt. In plaats van een verzorgingshuis zoeken ze een vorm als woongroepen: je kunt er dingen samen doen, zoals koken en wassen, en je hebt er evengoed privacy. Dit vertalen wij in architectuur met gebruikswaarde én toekomstwaarde, door middel van tools als daglicht en
contact met groen. Complexen die in verbinding staan met buiten.”
Voor architect Bart van den Hork (afkomstig uit Boxmeer) van het Osse bureau Elemans van den Hork Architecten zijn de begrippen ‘licht’ en ‘groen’ onlosmakelijk verbonden met een goed en duurzaam ontworpen en gebouwde omgeving. “Het is het handvat waarmee wij ons verhaal vertellen. De kern blijft dat de gebouwde omgeving duurzaam is en bijdraagt aan het welzijn van de mens. Onze architectuur richt zich hierop als een anker in een steeds complexere wereld. Licht staat voor daglicht als bron van het leven, helend en prestatieverhogend. Licht houdt ons
wakker en vitaal. Een gebouw met veel daglicht, zonder de last van het zonlicht,
is prettig.”
“Groen staat voor natuur. Voor het principe van de healing environment: groen om je heen is rustgevend, stressverlagend en gezond. Een middel om de gebruikers van de gebouwde omgeving in verbinding te brengen met buiten. Ook groen is een dankbaar thema om als ontwerpmiddel toe te passen. Zo kun je vanuit een gebouw verleid worden om naar buiten te kijken of op het grensvlak van binnen en buiten te verblijven. Door licht en groen te verweven in onze ontwerpen verhogen we de toekomstwaarde.”
Architect als bouwmeester
Bart van den Hork is ervan overtuigd dat de kwaliteit van een project hoger is wanneer een architect tot en met de gebruiksfase betrokken is bij een project. “Wij blijven kritisch naar onszelf als architect. In Nederland worden architecten te vaak aan de kant geschoven en wordt hun rol verbrokkeld. Wij maken ons sterk om te ontbrokkelen en onze rol (opnieuw) te nemen. Daarvoor willen we ons vroeg in de
processen positioneren. Wij zijn goed in procesmanagement. Daarnaast hebben we een dienstenpakket dat we uitdrukkelijker kunnen vermarkten: van een haalbaarheidsonderzoek tot directievoering en
toezicht. Of verder, denk daarbij aan een BIM-model voor gebouwbeheer of meerjaren-onderhoudsplannen.”
Gat in de markt
“Voor een architect is het belangrijk een goed beeld te hebben van de tijd waarin we leven. We willen dan ook graag ontwerpen, concepten bedenken, uitwerken en projecten begeleiden die leiden tot goede gebouwde omgevingen die bijdragen aan het welzijn van de mens. Het is dus belangrijk goed te kijken naar wat er zoal speelt. In het bijzonder omdat ons vak van ons verwacht dat we vooruitkijken en
anticiperen op de toekomst. Alles wat we nu bedenken wordt pas in de toekomst gebruikt. En vaak voor langere tijd.”
”Al jaren spreekt hoogleraar transitiekunde aan de Erasmus Universiteit, Jan Rotmans, dat we ‘niet in een tijdperk van verandering, maar in een verandering van tijdperk’ leven. Hij voorziet vier belangrijke veranderingen, waarvan er twee in dit kader interessant zijn: verschuiving van de macht. Die ligt nu nog bij de gevestigde orde, maar ‘gaat verschuiven naar proactieve economische en sociale entrepreneurs
die een voorsprong hebben’. De tweede
is burgerparticipatie en faciliterende instanties. Burgers moeten veel meer zelf gaan doen. ‘De overheid krijgt een meer faciliterende rol in plaats van een directieve’.
Dit manifesteert zich meer en meer in de zorg. “Je hebt de ‘zware’ zorg, geboden door de overheid en de zorginstellingen. Aan de andere kant van het spectrum
stimuleren we ouderen zo lang mogelijk thuis te blijven wonen. Ertussen zit een zwart gat (in de markt). Wij zien een oplossing voor dat gat.”
Comfortabele sociale context
“Tussen de zware zorg en het zo lang mogelijk thuis blijven wonen is vraag naar woningen waarbij ook zorg aangeboden kan worden.” De Boxmeerse architect noemt daarnaast een belangrijke doelgroep: zestigplussers die nog actief in het leven staan en nog wat te besteden hebben. “De ‘na-een-werkzaam-leven-is-er-nog-een-leven-mannen-en-vrouwen’. En die wonen graag in een comfortabele
sociale context. De kern is de behoefte aan gedifferentieerd wonen: zelfstandig, met zorg op afroep bijvoorbeeld. Dat kan óók
ín de dorpen, via een inbreidingsplan.”
“Plannen moeten wel in een omgeving
liggen waar mensen zich prettig voelen met voorzieningen op loopafstand. Oude kloostergebouwen bijvoorbeeld, maar ook in leegstaande winkels bijvoorbeeld zie ik mogelijkheden. Qua schaalgrootte gaat dat ook prima: aangetoond is dat complexen van tussen twaalf en twintig units vaak voor de beste ervaringen zorgen.” Het project van woonvereniging Voormekaar in Boxmeer is een voorbeeld van een dergelijke woonomgeving. Een woonvorm die zich inmiddels bewezen heeft. En een multicultuur aan functies zorgt op haar beurt voor leven. “Diversiteit in je woonomgeving is net zo belangrijk als biodiversiteit in de natuur. Zo breng je de woonfunctie met zijn dynamiek weer terug in de centra.”
Duurzaam
Een goede ruimtelijke woonomgeving is
in zichzelf al duurzaam. Elemans van den Hork Architecten is ambitieus als het gaat om duurzaam ontwerpen. Circulair bouwen bijvoorbeeld. Het bureau laat zich graag leiden door de GPR-methode. Daarmee kunnen ambities worden benoemd, ontwerpkeuzes worden gemaakt en achteraf kan het gebouw getoetst worden aan de eerder uitgesproken duurzaamheidsambitie. “Licht en Groen zorgen voor een ‘healing environment’ met toekomstwaarde. Dat is geen softe constatering, maar iets dat zich veelvuldig heeft bewezen in onze gerealiseerde projecten.”
Ik daag de regio uit!
Wie helpt ons bij het realiseren van
een mooie woonomgeving voor deze ‘nieuwe’ bevolkingsgroep: ‘na-werkzaam-leven-is-er-nog-een-leven’?
Reacties naar: info@inzaken.nl