Wat is precisielandbouw in de praktijk? Rick Derks, directeur Loonwerkcombinatie LvCm, is er duidelijk in: “Met onze hakselaar kunnen wij tijdens het oogsten van gras of mais live de opbrengst en ingrediënten bepalen. Dat is precisielandbouw in de praktijk. Het wordt helaas nog niet veel gebruikt omdat de overheid niet duidelijk is met regelgeving en de boeren en adviseurs de data nog niet kunnen omzetten in waarde.”
De Hapse loonwerker was een van de eerste loonwerkers in de regio die in 2017 500.000 euro investeerde in een John Deere hakselaar met NIR technologie. Precisielandbouw kan boeren helpen bij het maken van nauwkeurige beslissingen. Het doel is opbrengsten verhogen, milieubelasting verminderen, de voedselkwaliteit verbeteren en kosten verlagen. “Punten die de overheid als belangrijk markeert, maar als boeren niet weten waar ze aan toe zijn, is het lastig keuzes te maken”, stelt de 29-jarige Rick Derks.
Realtime opbrengst
Tijdens het hakselen van mais en gras meet de hakselaar live de opbrengst, droge stof, diverse ingrediënten en voederwaarde door middel van NIRS techniek. Dat zijn infrarood sensoren die continu de opbrengst meten. “Na de oogst controleer ik de opbrengstkaarten en wijs ze toe aan het digitaal portaal. Daar kan de boer zijn percelen bekijken en vergelijken. De kaarten laten een duidelijk overzicht zien van de opbrengsten per geoogst perceel”, legt Twan van de Camp, verantwoordelijk voor de slimme technieken bij LvCm, uit. Hiermee krijgt de boer een duidelijk totaaloverzicht van de gehele oogst en kan anticiperen met bijvoorbeeld precisiebemesting.
Twan toont de kaarten met de verschillende kleuren: “Rood is het deel met minder opbrengst, groen met beste opbrengst. Je ziet hier het spoor van de beregeningshaspel; daar groeit het gewas minder. Ook de overgang van grondsoort levert kleurverschil op. Een oude kuilplaat laat ook minder opbrengst zien. Met deze gegevens kan de boer het perceel preciezer bemesten en de bodemkwaliteit verbeteren.” Het portaal toont ook overzichten over de jaren en percelen heen en verzamelt de gegevens van meerdere percelen tot een gras- of maiskuil. “Zonder deze informatie worden alleen de gehaltes van de kuil- en grondmonsters gebruikt voor een bemestingsplan. Dat is minder nauwkeurig”, aldus Derks. Met de live gegevens kan de melkveehouder meteen actie ondernemen. Na de oogst begint direct de bemesting van de volgende grasoogst.
Schakel
De vertaalslag naar de praktijk laat helaas nog op zich wachten. De technieken om gericht percelen te bemesten of beregenen per deel van een perceel zijn er. “Als loonwerker zijn wij een van de schakels in de keten. Op verzoek leveren we data en denken we mee. Het is aan de boer wat die met de data doet”, zegt Van de Camp. Een melkveehouder is een allround manager met heel veel aandachtsgebieden. Een akkerbouwer focust vooral op grond en gewas. De loonwerker werkt servicegericht en biedt ondersteuning.
Het omgaan met de datastroom is op veel bedrijven nog een aandachtspunt. LvCm ondersteunt de klanten daarbij. De data omzetten in informatie is een zoektocht die de keten bestaande uit boeren, leveranciers en afnemers samen moeten maken: ervaring opdoen en passende reacties opzetten. “De voer- en teeltadviseur kunnen hierin een rol spelen; kunnen zij de data omzetten naar informatie en inpassen in de bedrijfsvoering?” vraagt Rick zich af.
Meerwaarde
De rol van de loonwerker als dienstverlener van de boer en tuinder verandert. De snel veranderende digitale landbouwwereld maakt dat loonwerkers als een sandwich klem zitten tussen machinebouwers die volop inzetten op smartfarmingtechnieken en boeren en tuinders die de meerwaarde niet om kunnen zetten door de steeds veranderende regelgeving.
Door het teruglopende werkaanbod is het moeilijker om de kennis van de mensen met de machines op peil te houden. Dat is jammer; met deze techniek kan een melkveehouder efficiënter voeren en bemesten op de plek waar het nodig is. Dat is goed voor zijn portemonnee en voor het milieu. Wij blijven wel met deze techniek werken om zoveel mogelijk data te verzamelen omdat die noodzakelijk is om kennis en techniek op peil te houden.” De leverancier verzamelt alle data. Hoe meer data des te betrouwbaarder de ijklijnen.
Derks merkt dat de inzet van smartfarming stagneert. “De plannen van de overheid roepen een afwachtende houding van boeren op. Ze weten niet waar ze aan toe zijn. Stilstand is in dit geval zeker achteruitgang. De techniek is er klaar voor. Nu het gebruik nog.” De jonge ondernemer geeft aan ook te focussen op grondwerk doordat het aantal stoppende boeren toeneemt en hij hiermee het personeel jaarrond in kan zetten. “We willen professionele werknemers houden. Natuurlijk blijven wij ook loonwerk doen en bewegen we mee met de markt. Wij zijn overtuigd van het nut van data en blijven inzetten op precisielandbouw, dat is de toekomst”, besluit Rick Derks.