Nederlandse werkgevers zijn wereldkampioen in het in stand houden van flexibele arbeidskrachten. Uit de praktijk blijkt dat werkgevers liever een vast contract willen voorkomen. Er zijn veel soorten contracten denkbaar waarbij de prijs van arbeid, altijd de goedkoopste weg zoeken, flexconstructies, voorkomen van regeldruk, zelfstandigheid en schijnzelfstandigheid de boventoon voeren. Als het aan ons huidige kabinet ligt wordt die flexibele inzetbaarheid drastisch verminderd of in ieder geval minder aantrekkelijk gemaakt.
Blijkens het coalitietakkoord gaan we onder andere investeren in hervorming van de arbeidsmarkt en het verkleinen van de verschillen tussen vast en flex. Dat zou moeten gebeuren door de invoering van een breed scala aan maatregelen die onmogelijk allemaal in deze column kunnen worden besproken. Twee onderwerpen die veel werkgevers in ieder geval kunnen raken, zijn het aanpakken van schijnzelfstandigheid en het wijzigen van de ketenregeling.
Bij schijnzelfstandigheid is sprake van zelfstandige werkenden (vaak zzp’ers) die eigenlijk gewoon een arbeidsovereenkomst hebben. Enerzijds blijkt dat rechters steeds vaker dergelijke verhoudingen als een arbeidsovereenkomst beschouwen en anderzijds wil de overheid vanwege kosten en fiscale consequenties het zijn van zzp’er gaan ontmoedigen. De gedachte is dat als de voordelen vervallen, men gewoon weer in loondienst zal gaan.
De ketenregeling wordt in de wet gewijzigd zodat er in iedere situatie straks maximaal drie tijdelijke contracten kunnen worden aangeboden, behoudens vastgelegde uitzonderingen. Het vierde contract is dus bijna altijd een vast contract. Wordt u geraakt door deze of andere maatregelen? Neem dan gerust contact met ons op.
GH ADVOCATEN
T 0485-56 16 46
mspijker@ghadvocaten.nl
www.ghadvocaten.nl